Analyse van het document

Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "Benoeming commissielid niet-zijnde raadslid de heer M.A.A. Vervoort." Het voorstel betreft de benoeming van de heer M.A.A. Vervoort als commissielid voor de fractie van D66, met ingang van 25 januari 2024. De benoeming stelt de heer Vervoort in staat om namens D66 deel te nemen aan de Politieke Avonden. Er zijn geen beletselen voor zijn benoeming volgens de relevante verordeningen. Het voorstel voorziet in een vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen en eventuele reis- en verblijfkosten.

Volledigheid van het Voorstel:
Het voorstel is volledig in de zin dat het alle noodzakelijke informatie bevat over de benoeming, inclusief verwijzingen naar de relevante verordeningen en de wettelijke eisen waaraan de heer Vervoort voldoet.

Rol van de Raad:
De rol van de raad is om het voorstel te beoordelen en te besluiten over de benoeming van de heer Vervoort als commissielid.

Politieke Keuzes:
Er zijn weinig politieke keuzes te maken, aangezien het voorstel voornamelijk een administratieve benoeming betreft. De raad moet echter wel overwegen of de benoeming in lijn is met de belangen van de fractie en de gemeenteraad.

SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is specifiek en meetbaar in termen van de benoeming en de datum van ingang. Het is haalbaar en relevant binnen de context van de gemeentelijke procedures. Er zijn geen duidelijke inconsequenties in het voorstel.

Besluit van de Raad:
De raad moet besluiten of de heer Vervoort wordt benoemd als commissielid niet-zijnde raadslid voor D66.

Participatie:
Het voorstel vermeldt geen specifieke participatie van burgers of andere belanghebbenden, aangezien het een interne benoeming betreft.

Duurzaamheid:
Duurzaamheid is geen relevant onderwerp in dit voorstel, aangezien het een benoeming betreft zonder directe impact op milieubeleid of duurzame ontwikkeling.

Financiële Gevolgen:
De financiële gevolgen zijn beperkt tot de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen en eventuele reis- en verblijfkosten. Deze kosten worden gedekt volgens de Verordening rechtspositie raads- en commissieleden gemeente Bronckhorst 2019.

Analyse van het document

Analyse van het Raadsvoorstel: Regionaal Programma Werklocaties Achterhoek

Titel en Samenvatting:
Het voorstel betreft het "Regionaal Programma Werklocaties Achterhoek 2024-2028". Het programma is een samenwerking tussen zeven Achterhoekse gemeenten en de provincie Gelderland, gericht op het faciliteren van de ruimtebehoefte voor bedrijventerreinen tot 2030, met een doorkijk naar 2040. Het programma bevat regionale beleidsafspraken en een programmering per gemeente, met aandacht voor toekomstbestendigheid en optimalisatie van bestaande terreinen. Voor Bronckhorst is een uitbreiding van 12 hectare gepland tot 2030, met een verwachte totale behoefte van 16 tot 28 hectare tot 2040, afhankelijk van economische groei.

Volledigheid van het Voorstel:
Het voorstel is redelijk volledig, met duidelijke richtlijnen voor de korte en lange termijn. Het bevat zowel cijfermatige onderbouwingen als afspraken over samenwerking en afstemming. Echter, de uitsluiting van Montferland kan als een lacune worden beschouwd.

Rol van de Raad:
De raad moet het RPW vaststellen, wat een essentiële stap is voor de implementatie van het programma. De raad speelt een rol in het goedkeuren van de lokale uitwerking en het monitoren van de voortgang.

Politieke Keuzes:
De raad moet beslissen over de goedkeuring van de voorgestelde uitbreidingen en de samenwerking met andere gemeenten en de provincie. Er moeten keuzes worden gemaakt over de prioritering van ruimtegebruik en de balans tussen economische groei en duurzaamheid.

SMART-Analyse en Inconsistenties:
Het voorstel is specifiek en meetbaar in termen van ruimtebehoefte en tijdsbestek. Het is realistisch en tijdgebonden, maar de uitsluiting van Montferland kan als een inconsistentie worden gezien.

Besluit van de Raad:
De raad moet besluiten het RPW vast te stellen en de lokale uitwerking in het Omgevingsprogramma Werklocaties te integreren.

Participatie:
Het voorstel vermeldt overleg met ondernemersverenigingen en andere partners, wat wijst op enige mate van participatie. Echter, de mate van betrokkenheid van burgers is niet duidelijk.

Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt genoemd als een kwaliteitscriterium voor bedrijventerreinen, wat aangeeft dat het een relevant onderwerp is binnen het voorstel.

Financiële Gevolgen:
De kosten voor het opstellen van het rapport bedragen 40.000 euro, waarvan de helft door de provincie wordt gedragen. De resterende kosten zijn verdeeld over de gemeenten, met 3.000 euro voor Bronckhorst, gedekt uit reguliere middelen.

Analyse van het document

Analyse van het Raadsvoorstel "Nota Bestaanszekerheid"

Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "Nota Bestaanszekerheid". Het voorstel richt zich op het versterken en verduurzamen van het armoede- en schuldhulpverleningsbeleid in de gemeente Bronckhorst. Door de inkomensgrens voor gemeentelijke regelingen op 130% van de bijstandsnorm te houden, wordt een bredere groep inwoners ondersteund. Het beleid benadrukt samenwerking met maatschappelijke partners en ondernemers en richt zich op kwetsbare groepen zoals kinderen en ouderen. De Klijnsma-gelden worden geïntegreerd in het algemene budget voor minimaregelingen. Het uiteindelijke doel is om inwoners duurzaam te ondersteunen en hun zelfredzaamheid te bevorderen.

Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel is redelijk volledig. Het biedt een gedetailleerde beschrijving van de beleidsdoelen, de betrokken wetgeving, en de financiële implicaties. Er is echter enige onzekerheid over de precieze impact van de inkomensgrensverhoging, wat een punt van aandacht kan zijn.

Rol van de Raad:
De raad moet het beleid vaststellen en goedkeuren. Daarnaast is de raad verantwoordelijk voor het toezien op de uitvoering en evaluatie van het beleid.

Politieke Keuzes:
De raad moet beslissen over de voortzetting van de inkomensgrens van 130%, de integratie van de Klijnsma-gelden in het algemene budget, en de prioritering van kwetsbare groepen binnen het beleid.

SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is gedeeltelijk SMART. Het is specifiek en tijdgebonden, maar mist meetbare doelen en concrete evaluatiecriteria. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de onzekerheid over de financiële impact kan als een zwakte worden gezien.

Besluit van de Raad:
De raad moet besluiten om de nota vast te stellen, de Klijnsma-gelden toe te voegen aan het algemene budget, en de inkomensgrens van 130% te hanteren voor alle regelingen.

Participatie:
Het voorstel benadrukt participatie door samenwerking met maatschappelijke partners en het betrekken van de participatieraad in het voorbereidingsproces. Er is echter geen formeel advies van de participatieraad opgenomen.

Duurzaamheid:
Duurzaamheid is relevant in de context van het beleid, aangezien het gericht is op het bieden van langdurige ondersteuning en het bevorderen van zelfredzaamheid.

Financiële Gevolgen:
De financiële gevolgen zijn deels onzeker, maar er is ruimte in de begroting voor een toename van 10% in aanvragen. De post onvoorzien kan worden ingezet voor onverwachte situaties. De gedetailleerde begroting is opgenomen in de nota en sluit aan op de programmabegroting 2023-2026.

Analyse van het document

Titel en Samenvatting
Titel: Algemene Verordening Ondergronds Infrastructuren 2023

Samenvatting: Het voorstel betreft de intrekking van de Algemene Verordening Ondergronds Infrastructuren 2016 en de vaststelling van de nieuwe verordening voor 2023. De herziening is noodzakelijk vanwege voortschrijdend inzicht en landelijke ontwikkelingen. De nieuwe verordening introduceert vergunningen in plaats van instemmingen voor netbeheerders, met uitzondering van telecombedrijven. Dit bevordert uniformiteit binnen de 14 gemeenten van het UNOG-samenwerkingsverband. De verordening is afgestemd met netbeheerders en bevat regels voor de energietransitie, zoals de aanleg van warmtenetten. Er zijn geen financiële gevolgen ten opzichte van de huidige situatie.

Oordeel over de volledigheid
Het voorstel is volledig in de zin dat het de noodzaak, de beoogde effecten, en de afstemming met relevante partijen duidelijk uiteenzet. Het bevat ook kanttekeningen en een sectie over kosten en baten.

Rol van de Raad
De raad moet de intrekking van de oude verordening en de vaststelling van de nieuwe verordening goedkeuren. Dit is een besluitvormende rol waarbij de raad de inhoud en de implicaties van de nieuwe verordening moet beoordelen.

Politieke Keuzes
De raad moet beslissen over de overgang van instemmingen naar vergunningen voor netbeheerders, de continuering van uniformiteit binnen UNOG, en de opname van regels voor de energietransitie. Er moet ook een keuze worden gemaakt over de toekomstige integratie van de verordening in het omgevingsplan.

SMART en Inconsistenties
Het voorstel is grotendeels SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden). Het is specifiek en realistisch, maar de tijdgebondenheid is minder duidelijk, vooral met betrekking tot de overgang naar vergunningen voor telecombedrijven. Er zijn geen grote inconsistenties, maar de afhankelijkheid van toekomstige ontwikkelingen in het omgevingsplan kan als een onzekerheid worden gezien.

Besluit van de Raad
De raad moet besluiten om de oude verordening in te trekken en de nieuwe verordening vast te stellen.

Participatie
Het voorstel vermeldt dat er afstemming heeft plaatsgevonden met netbeheerders, maar er is geen specifieke informatie over bredere participatie van andere belanghebbenden of het publiek.

Duurzaamheid
Duurzaamheid is een relevant onderwerp, aangezien de nieuwe verordening regels bevat die anticiperen op de energietransitie, zoals de aanleg van warmtenetten.

Financiële Gevolgen
Er zijn geen financiële gevolgen ten opzichte van de huidige situatie, en er is geen noodzaak voor dekking van extra kosten.

Analyse van het document

Analyse van het voorstel / amendement of motie

Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "Aangepaste gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland". Het voorstel betreft de instemming met de aangepaste gemeenschappelijke regeling van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland (VNOG) zonder het indienen van een zienswijze. De wijzigingen in de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) van juli 2022 hebben tot doel de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen te versterken. De gemeente Bronckhorst heeft een zienswijze ingediend die heeft geleid tot aanpassingen in de ontwerpregeling, met name gericht op het verbeteren van de informatievoorziening en betrokkenheid van gemeenteraden bij belangrijke besluiten.

Oordeel over de volledigheid van het voorstel:
Het voorstel lijkt volledig te zijn, aangezien het de relevante wijzigingen in de gemeenschappelijke regeling beschrijft en de reacties van de VNOG op de ingediende zienswijzen omvat. Het bevat ook de nodige afstemming met betrokken partijen en de beoogde effecten van de wijzigingen.

Rol van de raad bij het voorstel:
De rol van de raad is om toestemming te geven aan het college om de aangepaste gemeenschappelijke regeling aan te gaan. De raad kan deze toestemming alleen onthouden als er sprake is van strijd met het recht of het algemeen belang.

Politieke keuzes die moeten worden gemaakt:
De raad moet beslissen of zij instemt met de aangepaste regeling zonder verdere zienswijzen in te dienen. Dit omvat het afwegen van de mate waarin de wijzigingen voldoen aan de doelstellingen van de Wgr en de belangen van de gemeente.

SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is deels SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden) doordat het duidelijke doelen en tijdlijnen bevat. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de formulering van sommige artikelen kan discussie oproepen, zoals aangegeven door de VNOG.

Besluit dat de raad moet nemen:
De raad moet besluiten of zij instemt met de aangepaste gemeenschappelijke regeling van de VNOG en geen verdere zienswijze indient.

Participatie:
Het voorstel benadrukt participatie door de mogelijkheid voor gemeenteraden om zienswijzen in te dienen en door verbeterde informatievoorziening. Er is ook een kapstok voor participatie en inspraak op regionaal niveau opgenomen.

Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd als relevant onderwerp in dit voorstel.

Financiële gevolgen:
Er zijn geen directe financiële gevolgen voor de gemeentelijke bijdrage aangegeven in het voorstel. Het voorstel vermeldt dat er geen directe kosten, baten of dekking zijn die de gemeentelijke bijdrage beïnvloeden.

Analyse van het document

Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "(Collectief) particulier opdrachtgeverschap structureel onderdeel woonbeleid." Het voorstel beoogt Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO) structureel te integreren in het woonbeleid van de gemeente Bronckhorst. CPO stelt toekomstige bewoners in staat gezamenlijk opdrachtgever te zijn voor hun nieuwbouwprojecten, wat kan leiden tot betaalbare en op maat gemaakte woningen. De gemeente heeft positieve ervaringen opgedaan met CPO in eerdere pilots en wil deze aanpak nu formaliseren om beter in te spelen op de lokale woonbehoeften en sociale cohesie te bevorderen.

Volledigheid van het Voorstel:
Het voorstel is redelijk volledig. Het biedt een duidelijke uitleg van wat CPO inhoudt, de voordelen ervan, en de noodzaak om het structureel te integreren in het woonbeleid. Er zijn echter enkele kanttekeningen en risico's genoemd die verder uitgewerkt kunnen worden, zoals de langere duur van CPO-processen en de noodzaak voor professionele begeleiding.

Rol van de Raad:
De raad moet beslissen of CPO als structureel onderdeel van het woonbeleid wordt opgenomen. Dit omvat het goedkeuren van de integratie van CPO in de 'Woonvisie Bronckhorst 2019-2025'.

Politieke Keuzes:
De raad moet kiezen of zij de verantwoordelijkheid en risico's van CPO willen accepteren, zoals de langere ontwikkelingsduur en de noodzaak voor professionele begeleiding. Ook moeten ze beslissen of ze de nadruk willen leggen op lokale binding bij woningtoewijzing.

SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden). Hoewel het specifieke doelen en voordelen van CPO benoemt, ontbreken concrete meetbare doelen en tijdlijnen. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de financiële en tijdsaspecten van CPO-projecten kunnen verder worden uitgewerkt.

Besluit van de Raad:
De raad moet besluiten of zij instemmen met het opnemen van CPO als structureel onderdeel van het woonbeleid.

Participatie:
Het voorstel benadrukt participatie door toekomstige bewoners als opdrachtgevers te laten optreden, wat hun invloed op het ontwerp en de uitvoering van hun woningen vergroot.

Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd, maar CPO kan indirect bijdragen aan duurzame ontwikkeling door woningen te bouwen die beter aansluiten bij de lokale behoeften en wensen.

Financiële Gevolgen:
Er zijn geen directe kosten verbonden aan het besluit om CPO-projecten onderdeel te maken van het woonbeleid. De financiële gevolgen worden per project bekeken, waarbij maatwerkoplossingen worden gezocht. Er is geen specifieke dekking genoemd, wat een aandachtspunt kan zijn voor de raad.